Marcel, de campervan
Roadtrippen met een busje, het staat bij velen op de bucketlist. En dat is ook bij mij het geval. Ooit gingen we een tijdje op reis met een grote motorhome, maar dat viel eerlijk gezegd wat tegen. Naast de sfeer die op dat moment niet zo goed zat, miste ik vooral het ’tentgevoel’ en het voertuig was eigenlijk te groot om echt praktisch te zijn op smalle wegen, in steden en om parkeerplaats te vinden.
Toen m’n ouders uit elkaar gingen, werd onze motorhome uiteindelijk verkocht en gingen we opnieuw gaan kamperen met de tent. Iets waar ik trouwens heel erg van geniet! Maar aangezien ik toch graag landen als Schotland, Noorwegen, Ierland (nog) eens zou willen gaan ontdekken of gewoon wat meer wil roadtrippen en dat met een grote tent niet zo eenvoudig is, wou ik graag eens zo’n busje met daktent uitproberen*. Het lijkt me namelijk het perfecte evenwicht tussen tent en motorhome. Zo ontstond dus het idee om er eens eentje te huren en kwamen we bij Marcel terecht voor een uitje met m’n verjaardag.
Marcel? Nee, ik heb niet plots een lief die Marcel heet. Marcel, dat is het elkedagvakantie-Volkswagenbusje van Stijn Heymans en Eva Daeleman. Ondertussen is ‘ie verkocht, maar wij mochten er als laatste huurders nog eens mee op pad. Het was toch wel een tikkeltje spannend. Zou het iets voor ons zijn? Is het wel haalbaar met 3 volwassenen in zo’n kleine ruimte? Dit tripje zou het uitwijzen.
*Allez, om dat echt uit te proberen moet ik eerst m’n rijbewijs halen natuurlijk, maar ik heb gelukkig twee chauffeurs mee. 😛
Klaar voor vertrek, spannend!
Daar stonden we dan aan de deur bij Eva en Stijn. Klaar om aan ons mini-avontuur te beginnen. Voor we echt konden vertrekken, kregen we eerst nog wat uitleg van Stijn. Na de uitleg en nog een prettig gesprek over campers en campervans, vulden we het busje met ons gerief en konden we vertrekken. We hadden op voorhand al besloten om naar de Opaalkust in Noord-Frankrijk te trekken. Het was alweer een tijdje geleden dat we daar nog geweest waren, en het leek ons de perfecte bestemming voor een kort tripje met Marcel.
Met dat plan gingen we dus op weg. Onze eerste stop werd Escalles, bij Cap Blanc Nez. We vonden een plaatsje op camping Côte d’Opale – le Blanc Nez, op zo’n 400 meter van het strand en met zicht op de top van de kaap. Nadat we de camper op z’n plaats hebben gezet en gezocht hebben naar de beste opbergplekjes voor ons gerief, gingen we nog een kijkje nemen op het strand. We werden getrakteerd op een zonsondergang met prachtige pastelkleuren. Iets waar ik natuurlijk geen genoeg van kan krijgen. 😉 Na de fotosessie op het strand, gingen we op zoek naar een restaurant om iets te eten. Koken in het busje, dat zouden we later nog wel eens doen.
Terug aan de camper, namen we eerst nog wat tijd om de sterrenhemel te fotograferen en daarna was het tijd om ons klaar te maken voor de nacht. De daktent was al snel ‘slaapklaar’ gemaakt, voor het bed beneden daarentegen moesten we nog een beetje zoeken. Maar we zijn uiteindelijk wel geïnstalleerd geraakt en konden gerust gaan slapen.
Een kletsnatte verjaardag
Zo’n eerste nacht is altijd een beetje wennen. Dat was het ook deze keer, maar we hebben al bij al toch behoorlijk goed geslapen. Klaar voor de tweede dag van ons uitje en tevens mijn verjaardag. Het was eens een andere manier om m’n verjaardag te vieren. (Voor m’n vorige verjaardag waren we trouwens in de Bush Box, wat ook een erg leuk avontuur was.) Na het ontbijt en wat gezellig samenzijn besloten we te gaan wandelen. Het plan was om de ‘Boucle du Cap’ te wandelen, een route van zo’n 4,5km.
Er stond een stevige wind, maar voor de rest leek het droog. Tot we bovenkwamen op Cap Blanc Nez… Een regenboog en een donkergrijze wolk over zee toonden aan dat het niet lang droog zou blijven. De inrollende regenbui leverde wel enkele mooie plaatjes op, maar kwam heel snel dichterbij. We zagen de bui letterlijk al hangen. Snel de camera weg en regenhoes over de rugzak, en toen gingen de hemelsluizen open. In een mum van tijd waren onze jeansbroeken volledig doorweekt en nergens was een plek om te schuilen. De wandeling verder zetten, dat zagen we niet zitten, dus keerden we op onze stappen terug naar de camping. Kletsnat terug het busje in, hoe zouden we dat gaan regelen? En hoe zouden we in godsnaam die doorweekte broeken droog krijgen? Want een droogkast was er volgens de receptioniste niet. Van een echte test gesproken!
Maar goed, we hebben het niet aan ons hart laten komen en ja, twee dagen (!) later waren onze broeken – met behulp van de verwarming in het busje – zo goed als droog. Na de middag hebben we het nog eens geprobeerd om op stap te gaan, maar bij de eerste regendruppels hebben we het opgegeven. Het had geen zin om de enige droge broek die we nog meehadden ook nat te laten regenen. Uiteindelijk heeft de zon zich ook nog eventjes laten zien en hebben we even buiten kunnen zitten, terwijl er een broek hing te drogen in de wind aan de koffer. De weersvoorspellingen voor de komende dagen beloofden jammer genoeg niet veel goeds: nog meer regen en wind. Zou ons reisje nu echt letterlijk in het water vallen?
Opdrogen in het aquarium
En ja hoor, de volgende ochtend begon het opnieuw te regenen. We besloten om niet meer in Escalles te blijven, maar door te trekken naar Boulogne-Sur-Mer. Een bezoek aan het aquarium Nausicaa leek ons geen slecht idee op deze regenachtige dag. Daar zouden we tenminste droog zijn. Dat was natuurlijk buiten het feit gerekend dat we van de parking nog een eindje moesten stappen naar het aquarium en ondertussen weer met een natte broek zaten. (Beginnen jullie al een patroon te zien?). We waren ook zeker en vast niet de enigen die het idee hadden hier deze regenachtige dag door te brengen. Ondanks het feit dat bij de ingang onze corona-passen werden gescand, was het zeker en vast niet coronaproof om zoveel mensen in een afgesloten ruimte toe te laten. Bovendien was het mondmasker facultatief. Wij besloten het onze voor alle veiligheid op te houden.
En zo bevonden we ons op een regenachtige dag aan de Opaalkust tussen de vissen in plaats van op het strand of in de stad voor een wandeling. Gelukkig is Nausicaa wel echt een bezoek waard. Je vindt er het grootste bassin van Europa waarin je, als hij zich wil laten zien, een reuzenmanta kan spotten. De eerste expositie bracht ons op verschillende manieren rond en onder dit bassin. En ja, de reuzenmanta heeft zich verschillende keren laten zien samen met heel wat andere haaien, vissen en roggen. Machtig! Wist je trouwens dat de wanden van dit bassin 38 cm dik zijn en er 10 000 kubieke meter zeewater in zit?
Naast deze expositie, waren er nog twee. Eén met veel verschillende, kleurrijke visjes, lichtgevende kwallen en koralen, haaien, zeeleeuwen, krokodillen, en zelfs een bad met roggen die je mag aanraken. De laatste expositie had de klimaatverandering als thema. Hierbij kwamen we voorbij de pinguïns en kregen we een 360° film te zien over klimaatverandering. Die film was echt prachtig vormgegeven en heeft – ondanks het feit dat hij slechts 6 minuten duurde – een diepe indruk op me nagelaten. En hoera, tegen het einde van ons bezoek waren onze broeken opnieuw droog.
Uitwaaien in Audresselles
Na ons bezoek aan Nausicaa zijn we gelukkig droog terug aan het busje geraakt. Daarna zijn we opnieuw richting het noorden gereden naar het dorpje Audresselles. Hier vonden we een plaatsje op Camping municipal Les Ajoncs en maakten we een wandelingetje door het dorp en over het strand. Even uitwaaien, want de wind waaide nog harder dan de dagen ervoor. ’s Avonds zijn we gaan eten in brasserie L’Odyssée en wat heeft dat gesmaakt. Ik vond het alvast een aanrader. Na ons avondmaal hebben we de wandeling terug naar de camping nog even onderbroken voor een nachtelijke fotosessie op het strand. Die sterrenhemels hé, ook die hebben een enorme aantrekkingskracht op ons. Ik kan je garanderen dat ik me ooit nog wel eens verder in de astrofotografie zal verdiepen.
Regen(boog) op Cap Gris Nez
Na een zeer stormachtige nacht met hevige wind, regen en zelfs hagel en donderslagen, zijn we opgestaan met, ra ra ra… regen. De daktent, die heeft het stormweer gelukkig overleefd. Maar het was hoe dan ook een onrustige nacht en we begonnen toch wel wat genoeg te krijgen van al dat regenweer. Na het ontbijt namen we een douche in het sanitair van de camping, want het was ons toch iets te fris om dat aan de camper te doen. Daarna gingen we weer op pad, deze keer richting Cap Gris Nez en daarna verder naar Duinkerke. Maar ook ons bezoek aan Cap Gris Nez viel bijna in het water.
Nadat we geparkeerd waren, maakten we ons klaar om een wandelingetje te maken, maar zodra we goed en wel vertrokken waren begon het opnieuw water te gieten. Alweer?! De weergoden waren ons precies echt niet gunstig gezind. We besloten snel terug te keren naar het busje en daar even te schuilen in de hoop dat het wat zou opklaren. Dat deed het gelukkig ook, dus gingen we toch nog wandelen. Even later begon het opnieuw te regenen en mijn gemoed zakte even onder nul, maar we hebben doorgezet – we waren toch al nat. Terwijl we naar de onstuimige zee stonden te kijken kregen we plots een prachtige regenboog te zien, de derde al deze reis. Dat schouwspel maakte het toch weer een beetje goed.
De wind bleef, maar de regen verdween toch voor even, dus we hebben toch nog kunnen genieten van een bezoek aan Cap Gris Nez. En we kregen zelfs de kust van Engeland te zien. Na ons wandelingetje hebben we eerst nog gepicknickt in het busje en dan waren we weer onderweg. Onze laatste bestemming? Duinkerke. Zo zouden we al een stuk dichter bij Koksijde zijn en konden we Marcel de volgende dag zeker op tijd terugbrengen bij Eva en Stijn.
Nog een laatste strandwandeling
In Duinkerke verbleven we op Camping de La Licorne. Ook deze camping lag vlak aan het strand. En om ons verblijf af te sluiten maakten we nog een wandeling over het strand. De frisse wind, de ruisende golven, de schreeuwende meeuwen … zalig! Ondanks het slechte weer, hebben we toch echt genoten van ons korte uitje met Marcel en onze qualitytime. Ik ben er zeker van dat we nog wel eens een busje zullen huren en dan proberen we misschien eens een ander model uit. Hopelijk hebben we dan wel wat beter weer. En wie weet, misschien rijd ik ooit ook met zo’n busje rond. 😉
Ging jij ooit al eens met zo’n camperbusje op pad?