De Tour de France is alweer even bezig en wielerliefhebbers kunnen weer hun hart ophalen. Geen wielerfan? Dan kan ik je toch aanraden om op 25 juli eens naar de eerste Alpenrit te kijken! Dan rijden de renners namelijk over een aantal prachtige cols die deel uitmaken van de indrukwekkende Route des Grandes Alpes.
De Route des Grandes Alpes
Wat is dat nu precies, die Route des Grandes Alpes? Volgens France.fr is het één van de mooiste routes in de bergen voor automobilisten, motorrijders en fietsers. Deze panoramaroute is zo’n 684 km lang en brengt je van Thonon-les-Bains aan het meer van Genève tot in Menton aan de Middellandse Zee (of omgekeerd natuurlijk). Onderweg rijd je over een 16-tal bergpassen. Het is een indrukwekkende manier om de Alpen te ontdekken, want het ene adembenemende uitzicht volgt het andere op. Bovendien verbindt de Route des Grandes Alpes drie prachtige nationale parken met elkaar: la Vanoise, Les Ecrins en le Mercantour.
Zoals je wellicht al weet, hou ik ervan om steeds de panoramaroute te nemen. En dat was ook zo toen we naar huis terugkeerden vanuit de Gorges du Verdon. Ik had al wat gelezen over de Route des Grandes Alpes en toen ik ontdekte dat het eigenlijk bijna op onze weg naar huis lag, was er ook niet veel meer nodig om mijn reisgenoten te overtuigen! Aangezien we niet voldoende tijd hadden om de volledige Route des Grandes Alpes te volgen, reden we van Castellane, via Barcelonnette, Vars, Cervières, Briançon en Valloire naar Chambéry. Hieronder lees je welke mythische cols we op onze weg tegenkwamen.
#1 – Col de Vars
De Col de Vars is 2108 meter hoog, werd geopend in 1890 en werd in de Tour de France al 34 keer – en dit jaar dus voor de 35ste keer – opgereden.
#2 – Col d’Izoard
De Col d’Izoard is 2361 meter hoog en staat vooral bekend om het kale en rotsachtige deel met de naam Casse Déserte, dat volgens sommigen lijkt op een maanlandschap. De weg werd geopend in 1897 en de col werd al 35 keer beklommen tijdens de Tour de France. In 2017 lag de aankomst voor de eerste keer boven op de col. De etappe werd toen gewonnen door Barguil, die op de Izoard ook een recordtijd neerzette.
#3 – Col du Lautaret
De Col du Lautaret is ‘slechts’ 2058 meter hoog en bevindt zich vlak bij de Col du Galibier. Hier heb je een prachtig zicht op de bergtoppen van het Ecrins-massief. Het landschap is er weids en er is zelfs een botanische tuin.
#4 – Col du Galibier
Dit is misschien wel de prachtigste en hoogste col die we passeerden op onze route. De Col du Galibier is 2646 meter hoog en je hebt van hieruit een adembenemend uitzicht over de omringende bergen zoals de Barre des Ecrins, La Meije, de Mont Blanc en de Grand Galibier. In de Tour de France wordt deze col gezien als één van de lastigste omdat je eerst nog de Col du Télégraphe in het noorden of de Col du Lautaret in het zuiden over moet voordat je aan de beklimming van de Galibier kan beginnen. Kijk aan de noordkant ook eens goed naar de lucht, want toen wij er waren zagen we een heleboel (vale) gieren langs de rotswanden zweven.
#5 – Col du Télégraphe
De Col du Télégraphe is met z’n 1566 meter de laagste van de vijf cols. Als je van Valloire en de Col du Galibier naar de Télégraphe rijdt, dan heb je niet echt het gevoel dat je een col oprijdt, de afdaling daarentegen is dan wel weer de moeite waard.
Deze cols waren stuk voor stuk echte pareltjes! Dit is toch echt veel leuker dan gewoon de autostrade volgen, hoor! Nog niet overtuigd? Misschien kunnen dit filmpje of de beelden tijdens de bergetappe van 25 juli je nog van gedacht doen veranderen 😉 Ik weet in ieder geval zeker dat ik graag nog meer van de Route des Grandes Alpes wil gaan ontdekken!
Reed jij al eens langs de Route des Grandes Alpes?