De krokusvakantie is aangebroken en ik kan niet geloven dat het al bijna een jaar geleden is dat ik in Madrid was, dat de bezorgdheid over het virus stilletjes aan groter werd en ik toch begon te twijfelen of de Italiëreis voor onze leerlingen nog zou kunnen doorgaan. Het lijkt absurd dat we er toen nog aan twijfelden, maar wie had ooit gedacht dat we een jaar later nog steeds zo in de ban zouden zijn van dat virus en dat ook dit jaar de Italiëreis niet zou kunnen doorgaan.
Maar goed, genoeg daarover. Ik wil het in dit artikel graag hebben over die citytrip Madrid waar ik zo van heb genoten en waar ik het afgelopen jaar al veel aan heb teruggedacht. En toch ben ik jammer genoeg nog niet eerder in staat geweest om er een artikel over te schrijven. Een artikel? Nee, het worden er drie, want onze reis bestond ook uit drie delen. Vandaag neem ik jullie mee naar deel één van deze fantastische, korte reis: Cuenca.
De vier musketiers, onderweg naar een nieuw avontuur
We vertrokken ‘s morgens vroeg met de trein naar Zaventem: twee collega’s, mijn oud-leerkracht Duits en ik. Enkele jaren geleden gingen we – samen met nog een paar collega’s – al eens samen naar Venetië. Dat was ons zo goed bevallen dat we uit nostalgie besloten nog maar eens samen op reis te vertrekken.
We kozen Madrid als bestemming. En zoals het echte reizigers betaamt, waren we al op zoek gegaan naar plaatsen in de buurt die we tijdens dit reisje ook zouden kunnen bezoeken. Zo stelde één van mijn reisgenotes voor om naar Cuenca te gaan, een stadje tussen Madrid en Valencia in. We waren allemaal enthousiast en dus huurden we een auto op de luchthaven en reden naar onze eerste bestemming. Het mooie weer zorgde al meteen voor een goede stemming. En met dat beetje gezonde spanning die voorafgaat aan elk nieuw avontuur, waren we klaar om nieuwe plaatsen te gaan ontdekken.
Cuenca, stad op de rots
Zelf had ik voor deze reis nog nooit van Cuenca gehoord. Jij misschien ook niet? Dit pittoreske stadje is gebouwd op een rots en het oude stadscentrum is zelfs erkend als Unesco Werelderfgoed. Het middeleeuwse stadje is ook gekend om z’n hangende huisjes – de casas colgadas – en de prachtige kathedraal. Het is echt heerlijk om in Cuenca rond te kuieren in het licht van de ondergaande zon. Leuk is ook de wandeling over de voetgangersbrug San Pablo. Van hieruit heb je een heel mooi zicht op het oude centrum boven op de rotsen en de rivier en vallei onder je.
Cuenca heeft echt heel wat mooie panoramapunten. Eén van mijn favorieten is de Miradores de San Miguel met uitzicht over de andere kant van de vallei. De Iglesia de San Miguel steelt er de show in de prachtige gloed van het avondlijke zonlicht. Ook de Mirador de Florencio Cañas en het uitzicht aan het Castillo zijn met hun panorama over het San Pablo-klooster en Cuenca echt de moeite.
Slapen in een Parador
Tijdens ons verblijf in Cuenca sliepen we in een parador en ook hiervan had ik eerlijk gezegd nog nooit gehoord. Maar toen ik ontdekte dat we zouden slapen in het voormalige San Pablo-klooster en de foto’s zag, was ik verkocht! We hadden geluk, er waren nog kamers vrij en aangezien we in laag seizoen gingen was ook de prijs betaalbaar. De kamers waren prinselijk, het binnenpleintje was prachtig en het ontbijt royaal. Kortom, het is echt heerlijk overnachten op deze unieke locatie. Ik ga het ook zeker onthouden voor een volgend bezoek aan Spanje. Er zijn op het Spaanse grondgebied namelijk nog meer van die staatshotels of paradores die zich in voormalige kastelen, kloosters of haciënda’s bevinden. Zalig toch?
Ook al zijn we er maar een nachtje geweest en ben ik zeker dat ik nog niet de helft gezien heb van wat het schattige Cuenca nog allemaal te bieden heeft, toch heb ik enorm genoten van dit bezoek. Het was een uitstekend begin van een prachtige reis! En in een volgend artikel neem ik je graag mee naar het monumentale Madrid!
Heb jij Cuenca al eens bezocht of sliep je al eens in een parador?
One thought on “Charmant Cuenca”